Behalve dilemma's en taboes, zijn er ook heel wat valkuilen waar je in kunt lopen voordat je er erg in hebt. Het gaat er niet om dat je zo perfect en volwassen bent in je gedrag dat je dat ten alle tijden kunt voorkomen. Erin lopen is niet meer dan menselijk. En jij bent ook maar een mens. En kanker is voor jou ook heftig en eng, niet je dagelijkse bezigheid. Het gaat erom dat je het gedrag kunt herkennen als het tussen jou en je zieke vriend niet lekker loopt, zodat je het gevolg ervan met elkaar kunt bespreken, of kunt kijken of het je lukt om voor ander gedrag te kiezen.
De valkuil van wegcijferen
Veel mensen denken dat een echte vriend iemand is die zichzelf wegcijfert. En natuurlijk is dat soms ook zo. Er zullen verschillende momenten zijn waarop de patiënt zich zo slecht voelt, dat er iemand nodig is die alles uit zijn handen laat vallen om er voor de ander te zijn. En afhankelijk van wat de situatie is, kan het voorkomen dat jij die persoon bent. Maar kanker is niet iets wat in een week tijd over is. En het is zeker niet altijd aan jou. Je kunt niet de hele tijd in die nood-situatie-stand staan. En je kunt ook onmogelijk voor al die situaties de meest geschikte persoon zijn. Een andere wegcijfer-reflex is dat je alles maar slikt wat de ander doet. Dat je je grenzen niet aangeeft, of je teleurstelling of verdriet niet uitspreekt omdat het 'voor de ander al erg genoeg is'. Hoe voor de hand liggend de reflex van wegcijferen ook is, het is niet goed. Het is zelfs gevaarlijk voor jullie vriendschap als je dat doet. De kans dat je dat wegcijferen niet tot het eind toe volhoudt is te groot. Helaas ben je, als je het dan echt eindelijk zelf niet meer trekt, niet meer de redelijkheid zelve. Waarschijnlijk gooi je het er dan veel te stellig of aanvallend uit. En als je er nooit wat over gezegd hebt, zal de ander niet begrijpen waar die heftigheid ineens vandaan komt. Vraagt de ander iets wat je echt niet aan jou vindt, zeg het dus gewoon. Zeg nee, zeg dat het je spijt, en leg wel uit waarom en kijk of je mee kunt denken over een andere oplossing. Bovendien: waarschijnlijk kan de kankerpatiënt wel wat tegengas gebruiken. Die wil helemaal niet de hele tijd gepamperd worden. En als hij dat wel wil, dan is het maar de vraag of dat wel echt het beste voor hem is. Zelfmedelijden hoort er zeker bij. Afhankelijkheid is een periode onvermijdelijk. Maar je moet niet altijd het slachtoffer blijven.
De valkuil van dingen voor de ander verzwijgen
Een andere vorm van wegcijferen is dat je als naaste stopt met over je eigen leven te praten. Je bedoelt dat goed. Je vindt dat jouw problemen in het niet vallen bij de ander. Of je wilt de ander de ogen niet uitsteken met je mooie verhalen. Maar het is niet handig als je dat doet. Vriendschap betekent juist dat je jezelf, je gewone doorgaande leven, vol mooie dingen en kleine en grote problemen, gewoon naast dat van de ander durft te zetten. In het begin voelt dat misschien een beetje vreemd, maar je zult al snel merken dat dat voor de ander ook veel fijner is. Die wil niet de hele tijd alleen maar met ziekte bezig zijn. Die wil als vanouds kunnen lachen om je verhalen, kunnen meeleven als dat nodig is, voor jou de vriend zijn die jij nodig hebt. Dan voelt hij zich tenminste weer even mens in plaats van patiënt. Als je in de gaten hebt dat het verschil tussen jouw leven en dat van de ander pijnlijk kan zijn, is dat geen reden om te zwijgen. Wel kan het een reden zijn om juist het verdriet om dat verschil bespreekbaar te maken. Als jij dingen meemaakt, die voor je vriend niet meer haalbaar zijn, is de kans groot dat hij zich verscheurd voelt. En blij voor jou, èn verdrietig om zichzelf. En misschien ook wel jaloers. Het kan heel erg opluchten als dat allemaal gewoon tegelijkertijd waar mag zijn. Hetzelfde geldt voor jou als je verdrietig bent dat de je vriend door chemo niet bij die ene belangrijke gebeurtenis kon zijn. Dat is niet alleen naar voor hem en voor jou, maar ook naar voor jullie vriendschap. Het kan veel pijn zachter maken als je tegen elkaar durft uit te spreken dàt die ziekte impact op jullie vriendschap heeft.
Denken dat je de allerbeste versie van jezelf moet zijn
Een laatste valkuil waar je naasten van kankerpatiënten nog wel eens over hoort praten, is dat ze veel druk voelen in het opnemen van contact. Ze vinden dat ze er voor 100% écht voor de ander moeten kunnen zijn als ze de ander zien of spreken. Omdat ze het op willen kunnen brengen om goed te luisteren, vrolijkheid te brengen, en een steun te zijn. Dat is niet nodig en niet handig. Want als je heel eerlijk bent: hoe vaak komt het nou voor dat je je zo goed voelt dat je de halve wereld aan denkt te kunnen? Hoe goed bedoeld ook, je legt de lat veel te hoog voor jezelf. Zeker als je het daardoor uit gaat stellen om te bellen, te mailen of op bezoek te gaan. De ander vraagt dat helemaal niet van je. Die wil gewoon dat jij er bent. De vanzelfsprekendheid van jullie contact terug. Voordat de ander ziek werd, zag je elkaar toch ook als je niet op je best was?
Onzichtbaar zijn
Niet alleen jijzelf maakt waarschijnlijk de denkfout dat jij een perfecte vriend bent. Jullie gezamenlijke omgeving doet dat ook: de kennissen en andere mensen om jullie heen, die aan jou in plaats van aan de kankerpatiënt vragen hoe het ervoor staat. De sociale druk op jou als vriend van de kankerpatiënt is daardoor groot. Mensen vragen vanalles. Veronderstellen van vanalles dat je dat allemaal precies weet, omdat je zo dicht bij hem of haar staat. Probeer dan maar eens eerlijk te zeggen dat je het niet weet. Bovendien zullen ze zelden vragen hoe het met jou is, of hoe het voor jou is. Terwijl jij net zo goed je verhaal kwijt wilt. Over je angst dat de ander dood gaat. Over je zorgen als hij er zo slecht uit ziet. Over je twijfels wat het beste is om te doen. Over je schuldgevoel omdat je tekort schiet. Omdat je zoveel meer wilt, en altijd maar weer machteloos bent, als het om kanker gaat. Het lijkt de laatste persoon met wie je hierover durft te praten, maar er is een grote kans dat juist je zieke vriend je beter zal begrijpen dan wie ook. Dikke kans dat diezelfde mensen in contact met je vriend ook niet al te handig zijn. Grote kans dat veel mensen niet durven te zeggen dat ze bang voor de ander zijn en amper ruimte bieden om daarover te praten. Je vriend kan het zelf aangeven als hij die onderwerpen te moeilijk vindt. Als dat zo is, kijk dan of er iemand in je omgeving is of professionele hulp met wie je erover kunt praten. Zodat jij je sterker kunt voelen als je bij je zieke vriend bent.
De dramadriehoek
De theorie van de Dramadriekhoek kan je helpen om misverstanden en miscommunicatie tussen jullie te begrijpen. Het model beschrijft drie vormen van doorgeschoten gedrag: de valkuilen van De redder, De aanklager en Het Slachtoffer. Het gaat om gedrag dat in sommige contexten best prima is, maar niet goed is als het een automatisme is geworden. Of als de reden om te helpen bijvoorbeeld over jezelf gaat. De redder helpt bijvoorbeeld omdat hij er niet tegen kan om hulpeloos te zijn tegenover kanker, of omdat hij belangrijk voor de ander wil zijn. Dat drijft hem of haar zo sterk, dat hij boos of beledigd is als zijn hulp wordt afgewezen. Zowel de patiënt, als de naaste kunnen last hebben van dat automatische gedrag. De naaste als slachtoffer praat bijvoorbeeld vooral over hoe naar de ziekte van de ander voor hem of haarzelf is, in plaats van dat de manier waarop de zieke zelf met zijn/haar ziekte omgaat het uitgangspunt is. De patiënt als slachtoffer stelt zich hulpeloos en lijdend op, kan niets meer zelf. De ziekte voelt als een excuus voor alles als je luistert. De aanklager interpreteert de dingen die gebeuren als opzettelijk tegen hem gericht: de ander belt niet omdat hij je niet belangrijk genoeg vindt, en het komt niet in hem op dat er ook een hele goede reden voor het afzeggen van die afspraak zou kunnen zijn, die niets met jou te maken heeft. Het model helpt met herkennen waar gedrag vandaan komt. Als je dat herkent, kun je voor alternatief gedrag kiezen. Gezond gedrag dat tegenover de valkuilen van de dramadriehoek staat is 'kwetsbaar opstellen', 'behulpzaam opstellen' en 'assertief zijn'. Zie de link voor uitleg over hoe dat gedrag eruit kan zien.